Het Conflict en de voorgeschiedenis
In het laatste kwartaal van 1928 ontstond via de landelijke dagbladen een escalatie t.a.v. het al geruime tijd lopende arbeidsconflict in de chocolade- en suikerverwerking branche. Het conflict over de arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en het recht van organiseren tussen de vakbond en de Hollandsch-Zwitsersche chocoladefabriek werd hierdoor op scherp gezet. Door de wellesnietes berichten escaleerde de situatie en er ontstond een patstelling.
Het arbeidsconflict tussen HZ en de vakbond werd gevoed door de ontevredenheid van het vrouwelijk personeel dat onder grote werkdruk stond en daar te weinig voor betaald kregen. Ook arbeidsomstandigheden en arbeidshygiëne was mede oorzaak van het conflict dat uiteindelijk tot een staking van het vrouwelijk personeel leiden.
De directie probeerden zich als een goed betalende werkgever te profileren, dat beter betaalden dan gebruikelijk was in de branche. Maar dit gold in grote lijnen voor het mannelijk personeel maar als je middelende inkomens uit die tijd vergelijkt, was dit ook maar heel marginaal. Maar de vakbond maakt gretig gebruik van het gevoel van onvrede bij het vrouwelijk personeel om een voet tussen de deur te krijgen bij de HZ chocoladefabriek.
In diverse de kranten advertenties van toentertijd, werd door beide partijen getracht hun visie voor het voetlicht te krijgen en publiekelijk hun gelijk te halen. Zo lezen we:
Uit Het Volk van WOENSDAG 17 OCTOBER 1928
Loonactie in de cacao- en de suikerbewerkingsbedrijven .
De patroons afwijzend tegenover de eisen.
Amsterdam 17 Oktober. De Alg. Bond van bakkers, chocolade- en suikerbewerkers hield gisteren een vergadering in Mateon Boer, Weteringschans, naar aanleiding van de ingediende loonvoorstellen aan de patroons in de cacao-, chocolade- en suikerbewerkingsbedrijven. De vergadering was schitterend bezocht.
Goudsmit, de bondssecretaris, hield een rede, waarin hij o.m. zei:
Er is opleving in de chocolade- en suikerbewerkingsbedrijven, van jaar tot jaar neemt het verbruik van grondstoffen door de industrie belangrijk toe. Uit cijfer van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt, dat van 1919 – 1926 het verbruik van cacaobonen gestegen is van 25,7 miljoen Kg. tot 46,6 miljoen Kg. Over datzelfde tijdvak is een verbruikstoename van suiker aan te wijzen van 9,7 tot 14,2 miljoen Kg. Ondanks deze stijging in de productie is het aantal benodigde werkkrachten circa 3 procent verminderd. Spreker concludeerde hieruit, dat er belangrijk voordeliger wordt geproduceerd en dat er alleszins reden bestaat voor invoering van een behoorlijke loonregeling.
De ingediende looneis bij de fabrikanten vraagt voor gewone volwassen niet vakkundige arbeiders op 24 jarigen leeftijd fl. 32,- vaklieden en personen met verantwoordelijk werk belast, moeten naar prestatie hoger beloond worden. Voor vrouwenarbeid wordt gelijkstelling in loon gevraagd met dat van de mannen er voor jeugdige personen wordt van 17 jarigen leeftijd af, een opklimmende loonschaal naar leeftijd voorgesteld.
De chocolade- en suikerwerkfabrikanten staan tegenover deze looneisen afwijzend. Spreker, geeft een overzicht van de antwoorden van de meest belangrijke werkgevers. De directie van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek deelde b.v. mede, dat bij haar de lonen hoger zijn dan door de vakbond gevraagd wordt.
Het personeel zal binnenkort hun standpunt moeten vaststellen. Nadat een aantal vragen was beantwoord, werd de vergadering gesloten. Een aantal personen waaronder 3 meisje, gaf zich als lid op.
Uit Het volk van 20 november 1928
„Arbeiders moeten solidair zijn met de firma.”
Daarom mogen zij niet lid van den vakbond worden.
Wantoestanden bij de Holland-Zwitsersche chocoladefabriek.
AMSTERDAM, 20 November. — Namens het bestuur van den Alg. Ned. Bond van Arbeiders (sters) in het bakkers-, chocolade- en suikerbewerkingsbedrijf wordt ons geschreven: De directie der Holland-Zwitsersche chocoladefabriek heeft nog een zeer ouderwetse opvatting van de rechten van haar personeel.
De Alg. Ned. Bond van Arbeiders(sters) in het Bakkers-, Chocolade- en suikerbewerkingsbedrijf had op 2 November voor het personeel een vergadering belegd. De directie verbood het personeel deze vergadering te bezoeken, aan welk verbod de mannen zich wel, de meisjes zich niet stoorden. De volgenden dag werd den mannen dank betuigd, dat zij zich zo goed aan het verbod hadden gehouden. De directie verklaarde, dat de arbeiders solidair moeten zijn met de firma, maar niet met de vakbond.
De vergadering, die door de vakbond was uitgeschreven Op 8 November, mocht ook niet worden bezocht en er werd het personeel op het hart gedrukt, niet lid van de bond te worden.
De toestand op de fabriek.
Hoe is nu de toestand op deze fabriek. Een Aantal klachten kwam daarover bij ons binnen. De bewering van de directie, dat de arbeiders fl. 42 zouden verdienen, is slechts waar voor drie of vier personen. Alle overige arbeiders verdienen belangrijk minder. Het grootste gedeelte van het mannelijk personeel Verdient van fl. 20,- tot fl. 25,-. Volwassen vormers, mensen van 27 jaar en ouder, verdienen een loon van fl. 25,-.
Meisjes van 16 jaar, die in vasten loondienst zijn, fl. 5,- per week. Die kinderen zijn belast met het uitkloppen van de repen en in acht uur tijd moeten zij 48.000 repen uitkloppen. Voor de kleinste overtredingen worden boeten opgelegd van 10 pCt. van bet salaris. Een boete bedraagt wel eens 20 pCt. van het loon.
Er zijn meisjes, die op stukloon werken. Deze verdienen, als er normaal werk is, over de hele week een loon van zeven tot dertien gulden. Als er op werk gewacht moet worden, moeten de meisjes in de fabriek blijven, maar krijgen geen vergoeding. De laatste week is door ons herhaald aandringen om verbetering en om een conferentie een kleine vergoeding toegestaan voor de wachturen.
De grote advertentie, die in „Het Volk" voorkomt, bevat een oproep aan de arbeiders en arbeidersvrouwen, om de repen van de Holland-Zwitsersche te kopen, waarmede zij, volgens de advertentie, het betalen van hoge lonen bevorderen. De arbeidsters kunnen uit het voorgaande opmerken, hoe haar seksegenoten door deze firma worden behandeld.
Ontslag van Reorganiseerden.
Zeventien is ontslag aangezegd, omdat zij zich hebben vermeten lid van de organisatie te zijn en de ongehoorzaamheid te hebben betracht, de vergaderingen van de bond te bezoeken.
De firma zegt, dat dat meisjes zijn van 15, 16 jaar, maar dat is onjuist, er zijn er bij van 18 tot 20 jaar, waarbij een bestuurster van de vakgroep, een meisje, dat het nogal erg moest ontgelden, omdat zij de moed had, voor de rechten van haar zelf en haar seksegenoten in het strijdperk te treden. Het mannelijk personeel is slecht georganiseerd. Er zijn slechts enkelen lid van de bond. De firma mag dat niet weten. Wij zullen dus nalaten enige aanwijzing te geven, welke mensen het zijn. De directie zou zich op hen wreken.
De vakvereniging kan zich onmogelijk zulk een negatie laten welgevallen. De firma moet de vakbond erkennen en de arbeiders gelegenheid geven lid te worden van de vakvereniging hunner keuze.
Uit het Volk van 24 november 1928
De Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek
Het (conflict) konflikt
Van onze partijgenoot Sal. C. Rodrigues, voorzitter van de afdeling Amsterdam van de Alg. Ned. Bond van Arbeiders in de Bakkers, Chocolade- en Suikerbewerkingsbedrijf, ontvangen wij het navolgend schrijven:
Aan de directie van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek is ter wille van volkomen objectiviteit in ons partijorgaan gastvrijheid verleend voor haar antwoord op ons artikel van 20 dezer, waarvoor wij de redactie hartelijk dank betuigen.
Door dit antwoord is het mogelijk geworden de directie te woord te staan, waartoe zij weigerde, in een door ons gevraagd onderhoud gelegenheid te geven.
Alvorens in te gaan op de feitelijke onjuistheden van de directie, is het niet van belang tot in detail de aanleiding tot het conflict mede te delen.
Sedert enige weken wordt een ernstige poging gedaan door de arbeidersorganisaties, met de firma’s in het chocolade- en suikerbewerkingsbedrijf een loonovereenkomst tot stand te brengen.
Ten einde aan deze poging kracht bij te zetten, hebben verschillende personeelsvergaderingen plaats gehad, o.a. ook van het personeel van de Holl.-Zwits. Er bestond bovendien een bijzondere aanleiding een vergadering voor dat personeel bijeen te roepen. In de week van einde oktober kwamen 7 jongens ons mededelen, dat zij ontslag hadden gekregen, een methode die reeds meermalen toepassing vond, om zodoende, zodra er weer ruimer werk kwam, andere jongens te nemen, die allicht een paar guldens per week minder verdienen.
Een methode die leiden moet tot vergroting van het werkelozenleger van de ongeschoolde krachten. Door de directie werd het een “hobby” (stokpaardje) genoemd, de jongens wat extra mee te geven bij hun ontslag.
In de vergadering, welke 2 november plaats vond, werden verschillende klachten geuit. Deze vergadering was zowel door mannelijk als vrouwelijk personeel bezocht. Hiermee is de eerste onjuistheid aangetoond van de bewering van de directie, dat de vergadering slechts door wat meisjes bezocht was. Om volkomen zekerheid te hebben en van verschillende zijden te worden ingelicht , alvorens ons te wenden tot de directie om een onderhoud, lieten wij een week verlopen. Inmiddels kwamen schriftelijke zowel als mondedeling tal van klachten bij ons binnen.
Een vergadering
Op 8 november werd wederom een vergadering voor het personeel uitgeschreven. Daags tevoren werden de arbeiders bijeengeroepen op de werkzaal en hun werd te verstaan gegeven., dat de directie het bezoeken van de vergadering zou beschouwen als een aan haar vijandelijke daad.
De avond van 8 november was het overgrote deel van de meisjes aanwezig. Maar ook daar was een man. Ons werd medegedeeld, dat deze was gezonden om spionnendienst te verrichten. Wij tasten niet lang in het duister. Enige van de flinkste meisjes gingen aan de ingang van het gebouw staan met 3 van onze bestuurders. En groep mannen werkzaam bij de Holl.-Zwits. stond te wachten. Toen een van de meisjes hen aanspoorde naar de vergaderzaal te gaan, vroegen zij of Rik… boven was. De bevestiging van deze vraag deed hen besluiten weg te gaan, want Rik… was gezonden om spionnendienst te verrichten.
De vergadering werd geopend. Een woord van hulde werd aan de jonge arbeidsters gebracht voor hun moed om bij deze vergadering aanwezig te zijn, ondanks het feit, dat de directie zulks verboden had. Allerlei wenken werden ons gegeven, dat wilden wij de meisjes volkomen vrijuit laten spreken, wij Rik… moesten verzoeken heen te gaan. Wij gingen toen in huishoudelijke zitten over.
Daar werd ons medegedeeld, dat meisjes van 15 tot 17 jaar tegen een vast loon vaan fl 5,- per week de vormen, waarin zich 6 repen bevinden, moeten uitkloppen, wel 8000 vormen per dag. Wij zagen kinderen waarvan de vingertoppen volkomen ontstoken waren. Wijselijk gaat de directie met geen woord daarop in.
Het valt niet te ontkennen. Schriftelijke verklaringen zijn in ons bezit tot staving van deze mededelingen. Wij doen een greep uit 37 verklaringen nopens behaalde lonen van meisjes, die op stukloon werken. De loonzakjes werden ons daarbij getoond.
een 19 jarig meisje fl. 10,53
een 18 jarig meisje fl. 10,53
een 18 jarig meisje fl. 7,21
een 17 jarig meisje fl. 9,83
een 17 jarig meisje fl. 6,50
De gouden ploeg
Donderdagmiddag hadden wij een onderhoud met 6 meisjes, die tot de gouden ploeg behoorden. Meisjes, die het heel erg voor de firma opnamen. En wat bleek? Dat in de week van 12 tot 17 november een gemiddeld loon van fl. 12,60 door hen was gehaald. Als het zeer druk is – en dan krijgt de gouden ploeg het voordeligste werk – halen zij wel eens fl, 17,- tot fl. 18,- per week. Die groep bestaat uit een goed 10-tal meisjes van 20 tot 23 jaar, waarvan verschillende zelfstandig in hun onderhoud moeten voorzien. De overige verdienden lonen als boven genoemd. De euvele moed om van hoge lonen te spreken, behaald door het personeel, is een waagstukje van de directie. Wij vragen bovendien of het vrouwelijk personeel geen aanspraak mag maken op een ietwat redelijk loon?
Indien geen boetestelsel bestaat, wat betekend dan in de fabriek de uitdrukking: “hoeveel knippen had je deze week”? Iedere “knip” bedraagt 10 pCt. van het loon. Meer dan 40 verklaringen zijn in ons bezit, waaruit blijkt dat boeten worden opgelegd. Bovendien is deze week toegezegd, dat de directie toezicht zal houden op het uitdelen van boetes. Laat de directie dit tegenspreken.
Voor het wachten op werk wordt, indien minder dan 3 uur gewerkt wordt, 70 pCt. toeslag gegeven sedert de vorige week. Voordien kregen de meisjes daarvoor nul komma nul.
Het parade loon
Het paradeloon van fl. 42- per week geldt – en dat hebben wij in ons artikel van 20 november duidelijk laten uitkomen – voor een groepje. Alle overige mannen verdienen onvoldoende en ver beneden het loon door ons voorgesteld in de arbeidsovereenkomst.
De directie heeft dit ook onbesproken gelaten. Nu had dit alles nog geen aanleiding behoeven te geven tot een openlijk conflict, ware het niet dat op ons schrijven van 9 november houdende een verzoek om een onderhoud over bij ons ingekomen klachten, op 16 november de directie een antwoord zond, waarbij zij te kennen gaf niet met ons in contact te willen treden. De directie van een fabriek, waar artikelen worden vervaardigd, die in hoofdzaak door arbeiders en arbeidsters worden gebruikt, moet de heiligste rechten waarvoor de arbeidersklasse jaren heeft gevochten, niet zo bruut aantasten. Zij had ons dienen te ontvangen en de klachten onderzoeken. Zij had het personeel niet moeten verbieden naar onze vergadering te gaan. Zeker niet, nu zij beweert, dat er zulke ideale toestanden in haar fabriek heersen.
Indiende toestand zo rooskleurig is, waarom vreesde de directie dan met ons te confereren? En waarom mochten haar loonslaven ons niet openlijk inlichten? En waartoe diende allen spionage? Machtsfanatisme heeft de directie te pakken. In de Staatsregeling van 798, onder het hoofd Burgerlijke en Staatkundige Grondregels, vinden wij reeds in art. 18: “ieder burger heeft recht om met zijn Medeburgers te vergaderen”. En art. 9 eerste lid van onze tegenwoordige grondwet zegt, “Het recht der ingezetenen tot vereniging en vergadering wordt erkend”.
Een directie die zich niet ontziet in de 20e eeuw de vakvereniging te negeren en het vergaderen- en verenigingsrecht tracht te fnuiken, kan geen aanspraak maken op de klandizie van arbeiders en arbeidersvrouwen waarop zij een beroep doet om haar artikel te kopen. Die de vakvereniging te na komt moet verwachten, dat zij middelen van verweer toepast. Die middelen zijn vele. Laat de directie zich dit voor gezegd houden.
Uit Het Volk van vrijdag 23 november 1928
De actie bij de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek
Antwoord van de directie.
Van de directie van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek ontvangen wij het volgend schrijven:
De directie van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek wenst op het uitgebreide artikel van de Alg. Ned. Bond van arbeiders(sters) in het Bakkers- Chocolade- en suikerbewerkingsbedrijf, opgenomen uw avondblad van 20 november 1928, het navolgende te antwoorden:
Op 2 en 8 november jl. was door het bestuur van genoemde bond een vergadering uitgeschreven speciaal voor het mannelijk en vrouwelijk personeel van onze onderneming. Ondanks het feit, dat absoluut geen invloed door ons op ons personeel is uitgeoefend, en er door ons zelf geen enkel woord over deze vergadering gerept werd, heeft niemand van ons mannelijk personeel deze beider vergaderingen bezocht, terwijl ook de kern en het overgrote deel van ons vrouwelijk personeel niet aanwezig was.
Daaruit blijkt dus wel, dat ons personeel van inmenging van de bond in zijn aangelegenheden niet gediend is. Dit is ook begrijpelijk, want….. de loonstandaard en arbeidsvoorwaarden in onze onderneming staan verre boven de loonstandaard, welke door de bond verlangd wordt.
Onze chocolatiers (volwassen vormers) bijvoorbeeld hebben van 1 januari 1928 tot 31 oktober 1928 een inkomen gehad van gemiddeld fl. 1703,41 per man, hetgeen per week uitkomt op fl.39,19. Van deze chocolatiers hadden een 14 tal een gemiddeld weekinkomen van fl. 42,30.
Volwassen arbeiders (ongeschoolde krachten) hebben bij ons geen lager weekloon dan fl. 25,- terwijl de meesten hunner belangrijk meer verdienen.
Dat meisjes van 16 jaar fl 5,- per week verdienen, is verre bezijden de waarheid. Het dubbele van dit bedrag is meer in overeenstemming met de waarheid. Een boetestelsel bestaat in onze onderneming absoluut niet, en nooit wordt dus wegens boete en cent van het loon gekort. Integendeel, iedere 3 maanden ontvangen onze arbeiders een extra uitkering, welke gewoonlijk gelijk staat met een extra weekloon, zodat zij dan iedere 3 maanden met een dubbel weekloon naar huis gaan. Dit wordt vooral met de jaarlijkse vakantie zeer gewaardeerd en ongetwijfeld kan dit als een mooie sociale instelleng beschouwd worden.
Wij menen dus, dat wij in onze annonce, waarin wij oproepen om ons streven te steunen naar hoge lonen en goedkopen producten geen woord te veel gezegd hebben.
N.B. in tegenstelling met het bericht in uw avondblad van 21 dezer over het ontslag van enige meisjes delen wij u mede, dat dit ontslag uitsluitend heeft plaats gevonden als gevolg van de jaarlijks voorkomende slapte in reepverbruik tegen St. Nicolaas.
Uit Het Volk van 27 november 1928
Staking bij de Hollandsch-Zwitsersche
Zij omvat het gehele vrouwelijk personeel.
Voor een negental eisen.
Amsterdam 27 november – In de personeelsvergadering van maandag 26 november van de Chocoladefabriek “Hollandsch-Zwitsersche” werd tot staking besloten om inwilliging te verkrijgen van de volgende eisen:
- Erkenning van de bond door de directie.
- Het bestuur van de bond wordt door de directie in daartoe te houden conferenties gelegenheid gegeven, over toestanden en verhoudingen nopens loon e.a. arbeidsvoorwaarden met de directie overleg te plegen.
- De arbeiders en arbeidsters, werkzaam bij de Holl.-Zwitsersche Chocoladefabriek, wordt onverkort het recht gewaarborgd, lid te worden en te blijven van de vakvereniging hunner keuze.
- Alle ontslagen meisjes worden volgens rooster bij aannemen van personeel het eerst te werk gesteld.
- Alle arbeiders en arbeidsters wordt een minimumloon gegarandeerd.
- Ook voor de wachttijd in de fabriek wordt loon uitbetaald.
- De arbeid(st)ers wordt behoorlijk gelegenheid gegeven, hun schafttijd door te brengen in een ingericht lokaal.
- Op de hygiëne in de fabriek e.d. sanitaire inrichting wordt behoorlijk toezicht gehouden.
- De directie verbindt zich, tussen de bond en de onderneming een arbeidsovereenkomst tot stand te brengen. De staking omvat, op enkele uitzonderingen na, het gehele vrouwelijke personeel.
Tegenspraak.
Een lezer schrijft ons, dat wat de directie van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek in ons blad mededeelt (behalve omtrent de lonen van de mannen waarvan de schrijver niet op de hoogte en wat betreft het loon van de meisjes van 16 jaar en wat betreft de premie en het boetenstelsel) niet met zijn ervaringen overeenstemt. De directie schrijft dat er absoluut geen boetenstelsel is, maar de schrijver heeft er tientallen en meer dagen gehad, dat hij 70 cent en meer boete kreeg. Men noemt het daar “knippen”.
Een ernstige grief betreft het optreden van de directrice, mevrouw V., om haar woorden en uitdrukkingen tegenover de meisjes. Voorts wordt voortdurend inbreuk gemaakt op het voor “koffiedrinken” bestemde halfuur. In dat halfuur moet men niet alleen eten en naar de W.C. maar ook nog materiaal (penningen) halen voor het werk van de namiddag en soms nog overplaatsing van werklokaal bewerkstelligen. Zodat er niet bepaald een rust-halfuurtje overblijft.
Een andere grief betreft de willekeurige handelingen met de driemaandelijkse premie. Staat men op het punt deze te ontvangen en men spreekt tegen een meisje (wat tocht zeker overal elders mag buiten werktijd) dan moet men soms 14 dagen voor straf op de uitkering wachten. Zou dat ook behoren tot de sociale regeling waarover de directie schrijft? Zo vraagt onze lezer.
Uit Voorwaarts Sociaal democratisch dagblad van 17 november 1928
Arbeiders & Arbeidsters van Nederland.
Het dagblad “Het Volk” van 5 november jl. bevat een beschouwing over de loonstandaard in de chocolade-industrie.
Het schrijft onder meer:
- Er is een grote chocoladefabriek, die lonen van 20 tot 26 gulden aan volwassen mannen betaalt.
- Er is een tweede grote chocoladefabriek, die lonen van 25 tot 42 gulden betaalt. – De eerste fabriek keert geen dividend uit – De tweede fabriek maakt een zeer behoorlijke winst. (tot zover Het Volk)
De grote chocoladefabriek, welke de hierboven genoemde hoge loonstandaard heeft is de
Hollandsch
ZWITSERSCHE
Chocoladefabriek
Dat de bevolking van Nederland sedert jaren 3 chocolade repen koopt voor hetzelfde geld, waarvoor zij voorheen slecht 2 kon kopen is eveneens, en zelfs ondanks haar hoge lonen, het werk van de
Hollandsch
ZWITSERSCHE
Chocoladefabriek
Koopt dus uitsluitend ONZE REPEN, want….. daarmede steun gij een streven naar hoge lonen en goedkope producten.
Het arbeidsconflict werd ook handig gebruikt in reclame advertentie.
Uit het Vaderland van woensdag 28 november 1928
Staking bij de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek te Amsterdam. Gisterenmorgen is aan de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek te Amsterdam een staking uitgebroken onder het vrouwelijk personeel. De staking, die onder leiding staat van de Algemenen Nederlandse Bond van Arbeid(st)ers en bakkers-, chocolade-, suikerbewerkingsbedrijf, is ingezet voor erkenning van de Bond door de directie en voor betere arbeidsvoorwaarden, neergelegd in de arbeidsovereenkomst. Op enkele uitzonderingen na is het gehele vrouwelijke personeel van de fabriek bij de staking betrokken.
Uit het Algemeen Handelsblad van 28 november 1928
Staking
In de gisteren gehouden personeelsvergadering van de Chocoladefabriek “Hollandsch-Zwitsersche” is tot staking besloten. Op enkele uitzondering na, meldt ons de Alg. Ned. Bond van Arbeid(st)ers in het bakkers-, chocolade- en suikerbewerkingsbedrijf, omvat deze staking het gehele vrouwelijke personeel.
De eisen zijn van internen aard en bovendien erkenning van de Bond; overleg tussen bondsbestuur en directie over toestanden en verhoudingen nopens loon e.a. garanderen van een minimumloon en totstandkoming van een arbeidsovereenkomst.
Uit de Telegraaf van 29 november 1928
STAKING VAN ARBEIDSTERS IN DE CHOCOLADE-INDUSTRIE.
Bij de “Hollandsch-Zwitsersche” in de Vaartstraat
In een vergadering van personeel van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek in de Vaartstraat alhier, is besloten de staking te proclameren voor het vrouwelijk personeel. Deze staking staat onder leiding van de Alg. Ned. Bond van Arbeid(st)ers in het bakkers-, chocolade- en suikerwerkingsbedrijf. Het ontslag van zeventien meisjes was de aanleiding tot dit conflict. Geëist wordt nu erkenning van de Bond door de fabrieksdirectie, benevens van het recht van organisatie voor de arbeiders: voorts strekken de eisen zich o.a. uit tot het garanderen van een minimumloon, uitbetaling van het loon gedurende de z.g.n. wachttijd in de fabriek en het aangaan van een arbeidsovereenkomst met de bond. Men wenst verder, dat de ontslagen meisjes volgens rooster bij het aannemen van nieuw personeel, het eerst te werk gesteld zullen worden.
De directie van de fabriek deelt ons naar aanleiding van de actie mede, dat de meisjes in de fabriek uitsluitend pakwerk verrichten. Alle andere arbeid gedaan door het mannelijk personeel, dat aan het werk is gebleven. Van de 70 meisjes staken er ongeveer 50. Wanneer zij zich morgen niet vóór negen uur aanmelden zullen zij als ontslagen worden beschouwd. De directie zal dan maatregelen neme om het pakwerk grotendeels machinaal te doen geschieden.
Uit het NRC 30 november 1928
De staking bij de Hollandsch-Zwitsersche chocoladefabriek
De Rijksbemiddelaar mr. S. de Vries Czn. heeft bij beide partijen inlichtingen ingewonnen omtrent het arbeidsconflict tussen de Alg. Ned. Bond van Arbeid(st)ers in het bakkers-, chocoladebewerkers enz. met de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek te Amsterdam.
Uit de Gooi en Eemlander 30 november 1928
De Staking bij de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek te Amsterdam. Naar wij vernemen, heeft de Rijksbemiddelaar mr. S. de Vries Czn. bij beide partijen inlichtingen ingewonnen omtrent de stand van het conflict tussen de Alg. Ned. Bond van Arbeid(st)ers in het bakkers-, chocoladebewerkers enz. en de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek te Amsterdam.
Uit de Telegraaf 30 november 1928
RIJKSBEMIDDELAAR VRAAGT INLICHTIGEN.
In zake de staking bij de “Hollandsch-Zwitsersche”
De werkstaking van arbeidsters van de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek in de Vaartstraat duurt nog voort. Werkwilligen worden onder politietoezicht naar de fabriek gebracht. Woensdag moest de politie even optreden om de posters en staaksters in de omgeving van de Vaartstraat te verspreiden. Bij de Alg. Bond van Bakkers, Chocoladebewerkers enz. is bericht ontvangen, dat mr. S. de Vries Czn. Rijksbemiddelaar, op de hoogte gesteld wenst te worden van de bijzonderheden en de aard van het conflict, ten einde zijn bemiddeling te kunnen verlenen.
Uit Het Volk 10 december 1928
De staking bij de Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek.
Weer twee meisjes er uit.
De staking bij de Hollandsch-Zwitsersche chocoladefabriek staat er goed voor. Heden morgen zijn twee meisjes die verleden week gewerkt hebben, niet de fabriek in gegaan. Daardoor is het aantal onderkruipsters tot 13 geslonken - normaal werken er 70 meisjes in deze fabriek. De staaksters, die 60 pCt van haar loon als stakingsuitkering krijgen, zijn vol goede moed.
We zien in de jaren na de escalatie van dit conflict, wel of niet ten gevolge van bemiddeling, zeg maar het begin dertiger jaren, dat HZ het beloningssysteem verder uitbouwt en nieuw leven inblaast en als basis weekloon kiest, het weekloon volgens Amsterdamse levensstandaard dit bedraagt in 1932 en 1936 tussen de fl, 27,- en fl. 30,- waarbij er bonussen verdiend konden worden en toeslagen werden gegeven en een boeten systeem niet meer aan de orde, en ook werd er via een weerstandkas een spaarpot opgebouwd. Welke dan bij speciale gebeurtenissen tot uitkering kwam. Al lag het initiatief voor uitkering uit deze pot bij de directie. B.v. een huwelijk of medische kosten. Een slecht gebit met daaraan verbonden kosten voor tandarts was in de suiker verwerkende industrie een veel voorkomend probleem.
Al met al kun je stellen dat het aandringen en staken van het vrouwelijk personeel, wel of niet met steun van de vakbond een positieve bijdragen heeft geleverd aan de ontwikkeling van de arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden. Bij overleving is gebleken dat na deze hectische periode de organisatiegraad en aansluiting bij een vakbond is toegenomen. Ondanks dat de directie niet direct een voorstander was van inmenging.
Ger Roos, Blokker dec 2015
Bron: Alle bekende Digitale kranten archieven.