Na de uitspraak begin 1941, van de hoge raad in het juridisch gevecht tussen de twee chocolade fabrikanten, die voor de N.V Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek een teleurstelling was geworden. Werd er toch op een handige manier geprobeerd de publieke opinie op hun hand te krijgen. Door een advertentie – artikel van een ¼ pagina groot in de dagbladen te plaatsen waarbij het publiek werd verzocht om hun oordeel. En te kiezen voor “Tjoklat”
Uit het Utrechts volksblad van maandag 24 maart 1941
Twee soorten rechtspraak
De directie van de Tjoklatfabriek (N.V. Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek) deelt mede:
Het is ons gebleken, dat enige dag- en weekbladen een verslag hebben uitgebracht van de procedure, door ons gevoerd tegen de N.V. Cacao- en Chocoladefabriek Gebr. Sickesz, een procedure, waarin de Hoge Raad ons cassatie beroep verworpen heeft.
In deze verslagen werd onze tegenpartij veelal aangeduid met de afkorting “Sickesz”. Het blijkt ons thans, dat dit een bron van veel verwarring is geweest. Wij achten het daarom gewenst, nadrukkelijk bekend te maken:
- dat aan de N.V. Cacao- en Chocoladefabriek Gebr. Sickesz (onze tegenpartij dus) niemand meer verbonden is, direct nog indirect, die de naam Sickesz draagt*)
(*) De zogenaamde “Sickesz” chocolade wordt trouwens in de Kwatta-fabriek te Breda gefabriceerd.
- dat alleen onze onderneming wel een drager van die naam verbonden is, nl. W.C. Sickesz, de stichter en leider van onze onderneming:
De tjoklatfabriek
N.V. Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek
Te Amsterdam.
Verdere toelichting:
Wij vinden het gewenst, hieraan nog het volgende toe te voegen:
In september 1936 brachten wij (de N.V. Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek), als eerste chocolade onder de naam “Tjoklat” in de handel.
“Tjoklat” is de Maleise naam voor chocolade en wij hebben deze naam gebruikt, omdat “Tjoklat”- chocolade bereid is met Indische Rietsuiker. **
(**) N.B. De enige chocolade in Nederland, waarbij dit het geval is.
Wij maakten wel veel reclame voor onze nieuwe “Tjoklat”-chocolade, en deze was dan ook van de aanvang af een groot succes. Het Nederlandse publiek waardeerde onmiddellijk, en waardeert nog steeds in hoge mate deze chocolade, die met “Indische rietsuiker bereid is, en vindt dan de naam “Tjoklat” gemakkelijk en attractief.
Dit onmiddellijk en groot succes bracht de hierboven genoemde concurrent er blijkbaar toe, in oktober 1936, een maand dus na ons, een chocoladereep in de handel te brengen, gemerkt “Tjoklat Soesoe”
Dit zijn de Maleise woorden voor “melkchocolade”
Onmiddellijk wenden wij ons tot de president van de Rechtbank, om in “kort geding” een einde aan zulk een o.i. oneerlijke concurrentie te maken.
Onze tegenpartij beriep zich bij de President er op:
- Dat “Tjoklat” een soortnaam (Maleise woord voor chocolade) is en dus als merk geen bescherming kan genieten.
- Dat zij zelf reeds jarenlang Tjoklat Soesoe chocolade aan haar Indische afnemers leverde.
Dit laatste dient toegelicht te worden.
Onze tegenpartij had nl. sedert jaren hetzelfde gedaan als tal van andere Nederlandse en buitenlandse (speciaal Engelse) chocoladefabrikanten, nl. zij had aan de Inlanders chocoladereepjes van enkele centen geleverd, en op de etiketten natuurlijk de Maleise vertaling late aanbrengen van het woord “melkchocolade” – Tjoklat Soesoe.
Nogmaals, dat wordt door vrijwel alle fabrikanten, die chocolade aan de inlanders leveren, en daarin toch schuilt geen enkele bijzondere “prestatie”, nog “initiatief”
Wat wij gedaan hebben, is iets heet anders, nl. het Maleise woord “Tjoklat” (chocolade), dat in Nederland alleen maar bij het grote Nederlandse publiek, te gaan gebruiken als “Merk” voor onze nieuwe chocolade bereid met Indische Rietsuiker en dus voor chocolade van zeer bijzondere, superieure kwaliteit.
Dat was dus wél een initiatief, en wel naar gebleken is, een zeer goed en gelukkig.
Onze tegenpartij schroomde niet, de President te verklaren, “dat zij juist ook het voornemen had gehad, het Nederlandse publiek met die Tjoklat Soesoe bekend te maken”
Wel….. wij betwijfelen, of het verwende Nederlandse publiek de aan de Inlanders geleverde kwaliteit wel zo gewaardeerd zou hebben. Doch hoe dan ook, de President weigerde aan ons verzoek gehoor te geven, omdat “Tjoklat” nu eenmaal als Maleisisch woord een soortnaam is en dus als “merk” geen recht geeft.
Onze verdediging, dat van de acht miljoen Nederlanders geen 5% dit Maleisisch woord kende, was tevergeefs. Dit was dus de uitspraak van de President.
De rechtbank, die deze procedure in hoofdzaak behandeld, dacht er echter anders over. Zij was ook wel van oordeel, dat Tjoklat, een soortnaam was en als merk geen bescherming kan genieten, doch daarnaast vond zij dat het aannemelijk geacht moest worden, dat de daad van onze tegenpartij (de N.V. Cacao- en Chocoladefabriek Gebr. Sickesz) een daad was van deloyale concurrentie.
Onze tegenpartij werd echter in de gelegenheid gesteld te bewijzen, dat zij reeds vóór september 1936, dus nog vóór ons, het voornemen had gehad, Tjoklat-Soesoe hier in Nederland op de markt te brengen.
Tot dit bewijs is het nooit gekomen.
Het Hof.
Het hof verklaarde, dat Tjoklat, soortnaam zijnde, geen bescherming kan geniete, en was het op die gronden niet eens met de Rechtbank, ten aanzien van de deloyale concurrentie.
De Hoge Raad.
De Hoge Raad verwierp, gelijk bekend, ons verzoek om cassatie, en hield zich aan de uitspraak van het hof.
Resumerend:
Alleen de Rechtbank was dus ontvankelijk voor een praktische handelsrechtspraak, omdat zij stelde, dat aannemelijk geacht moest worden, dat de daad van onze tegenpartij er een was van DELOYALE CONCURRENTIE.
De overige rechtsinstanties stelden zich op het zuiver juridische, dus streng theoretische standpunt, dat “Tjoklat”, een soortnaam was en géén bescherming kon genieten.
Tot zover de rechtspraak van de officiële rechtsinstanties. Thans een ander soort rechtspraak.
Onthutst over de weigering van de President om onze concurrent te verbieden, vier weken na ons Tjoklat-chocolade op de Nederlandse markt te brengen, gaven wij aan onze afnemers kennis van het verloop van zaken en voegden daaraan toe:
“Wij doen een beroep op Uw rechtsgevoel, dat niet goed zal keuren, dat frisse ondernemingsgeest en eigen initiatief, als door ons thans en bij herhaling betoond, op dusdanige wijze worden getorpedeerd.
Wij twijfelen dan ook niet, of u zult ons Uw medewerking willen verlenen door deze Tjoklat van Gebr. Sickesz, die wij als imitatie beschouwen, te weren.
En ziet, lezer, het wonder geschiedde, want zeker meer dan 90% van de Nederlandse handelaren in chocolade-artikelen stelde zich pal aan onze zijde en weigerde eenvoudig de Tjoklat van Gebr. Sickesz te verkopen.
De Nederlandse handelaren en winkeliers hadden hiermede op hun beurt RECHT GESPROKEN.
Hier lezer, hebben wij u het verslag gegeven van twee soorten rechtspraak nl.
De officiële rechtspraak en, wij menen te mogen zeggen die van de handel.
Deze laatste stelde ons in het gelijk, en wij twijfelen er niet aan, welke rechtspraak U, lezer, het meest zal bevredigen.
Niemand zal moeite hebben, de hierboven beschreven stand van zaken te controleren. Gaat in hel Nederland, waar gij wilt, en ge zult in iedere zaak, waar chocolade-artikelen worden verkocht, wel onze Tjoklat vinden, dus de Tjoklat van de Tjoklatfabriek / N.V. Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek, (tenzij de voorraad juist verkocht is, doch dan zit men toch met spanning op de aanvulling van die voorraad te wachten), doch:
In geen enkele winkel in heel Nederland zult gij al sedert langen tijd ook maar één stukje “Tjoklat-Soesoe” vinden van onze tegenpartij.
Misschien als uitzondering nog ergens in een heel klein plaatsje.
WAT WIJ HOPEN EN VERWACHTEN.
Het is natuurlijk mogelijk, dat eenmaal, hetzij spoedig, of na de oorlog, onze tegenpartij (dus de Cacao- en Chocoladefabriek Gebr. Sickesz) nogmaals een poging zal doen om “Tjoklat of Tjoklat-Soesoe” chocolade in de handel te brengen. Wij hopen echter, dat heel het Nederlandse chocolade consumerende publiek dan zelf ook op zijn beurt zal oordelen, en “rechtspreken”
HOE MEN ONZE “TJOKLAT”-CHOCALADE HERKENNEN KAN.
Iedere verpakking Tjoklat-chocolade van de Tjoklatfabriek, hetzij dozen Tjoklat bonbons, *)camée-pastilles, fantasie-chocolade of Tjoklat-repen. Is voorzien van ons bekende “handelsmerk”, het zittende Indische vrouwtje.
(*) Ons nieuwste artikel sedert 1 januari jl.
óf men vindt er in duidelijk letters de naam “Tjoklatfabriek” op vermeld.
Het handelsmerk is aangebracht, hetzij afgedrukt op het etiket, of als sluitzegel aan de onderzijde van de doos.
HANDELSRECHTSPRAAK
Het Instituut der officiële handelsrechtspraak is in ons land nog onbekend. Wij hebben dit gemis al talrijke malen geconstateerd en verscheidene handelslieden wellicht eveneens. Laat ons hopen, dat bij de talrijke veranderingen, die de komende jaren, ook de voor ons land, vermoedelijk zullen brengen, ook de handelsrechtspraak aan de beurt komt.
TJOKLATFABRIEK
N.V. HOLLANDSCH-ZWITSERSCHE CHOCOLADEFABRIEK
Ger Roos, Blokker, jan 2016