In 1902 is Willem Cornelis die geboren is in 1886, 16 jaar oud en het is aannemelijker dat W.C. Senior de Architect zijn vader is. In de panden aan de Brouwersgracht 152-156 is gevestigd Cacao- en chocoladefabriek Gebroeders Sickesz, en het Importbedrijf van ruwe Suiker en Zuidvruchten ook van de gebroeders. In het NRC van 6 januari 1910 vinden we de aankondiging van de oprichting van The Cocoa & Chocolate Cy. Gebr. Sickesz Amsterdam Brouwersgracht 152-156. Telefoon 741. In een later stadium zullen de zonen van deze W.C. Sickesz de firma overnemen.
Dit zijn de zonen van W.C. Sickesz Senior: Een Johannes van 1 maart 1884, een Willem Cornelis van 18 december 1886 en we vinden nog een Sickesz nl. R.H. van 3 december 1889 die uit later gevonden informatie geen mede firmant was van de Gebroeders.
Een andere bron van informatie is de Naamlijst voor den Telefoondienst uit 1915. Hierin zijn alle telefoonaansluitingen in Nederland van dat moment opgenomen. In deze lijst komen we de gebroeders Sickesz tegen. Onder nummer N2193 Sickesz, J.A.W., Brouwersgracht 55 en N1958 Sickesz, W.C., Koopman, Heerengracht 12 hij is inmiddels 29 jaar en bij beide de vermelding Kantoor telefoon no. N741. Ook de commerciële aansluitingen vinden we in de lijst van 1915 terug nl. N1200 Sickesz, Gebr., Cacao- en Chocoladefabriek, Brouwersgracht 156 en N741 Sickesz, Gebr. Importeurs van Ruwe suikerriet en Zuidvruchten, Brouwersgracht 156 allen te Amsterdam. De plek waar de broers kantoor hielden.
De rechtsvorm toen van de firma is niet goed duidelijk. Wat we wel weten is dat de broers J., J.A.W. & W.C. Sickesz bedrijf voerden op de Brouwersgracht 152-156. Dan blijkt dat onder de druk van de markt en de moordende concurrentie, de chocoladeoorlog zoals dit toen in de pers genoemd (NRC Het Vaderland en Het Volk) er op 1 november 1922 de N.V. Verkoopkantoor van Cacaoproducten wordt opgericht, door Kwatta, te Breda en de Gebr. Sickesz te Amsterdam aanvankelijk belast met het verkopen in Nederland van Cacaoproducten van beide ondernemingen. Of de jonge W.C. S de oprichter van de N.V. Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek dan ook nog deel uitmaakten van de N.V. Verkoopkantoor is niet goed duidelijk. Het is wel aannemelijk. Want in een kranten artikelen uit 1935 wordt vermeld dat de samenwerking tussen beide partijen sedert eind 1924 is gewijzigd. De verkoopmaatschappij was gevestigd te Amsterdam. Oprichters namen elk de helft van het geplaatste kapitaal á fl.100.000,-. En de N.V. trad in januari 1925 in liquidatie. In 1930 werden de aandelen terugbetaald. En nu komt het, in oktober 1930 is de uitspraak gevallen in een langdurige arbitrale procedure van het scheidsgerecht in een zaak tussen W.C. Sickesz en Kwatta. Kwatta had Sickesz aangesproken wegens overtreding door hem van zijn contractuele verplichting niet te participeren in een concurrerende fabriek i.c. Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek (2-7-1924).
Bij genoemde uitspraak werd W.C. Sickesz (1886-1971) veroordeeld alle geleden en nog te lijden schade te vergoeden. De Schade claim is een aanzienlijk bedrag zoals op de algemene vergadering van 27 juni 1934 is medegedeeld. En Kwatta heeft indertijd reeds beslag doen leggen op enige activa van de heer W.C. S. Door de bovenstaande schikking is thans een einde aan de zaak gekomen. Het bedrag werd toen vastgesteld op fl. 700.000,- Uit Het vaderland van donderdag 1 augustus 1935 de avond editie pagina 3.
Doordat de samenwerking tussen Kwatta en de Gebr. Sickesz werd beëindigd moest er worden gereorganiseerd. In een kranten artikel in het Vaderland van 30 december 1930 lezen we, onder Nijverheid. De samenwerking Kwatta-Sickesz geëindigd. De directie der Sickesz-fabrieken deelt ons mede, dat vanaf 1 januari 1925 het Verkoopkantoor van Cacaoproducten Kwatta-Sickesz zal worden opgeheven en iedere firma zich weder met den verkoop harer producten zal belasten. In verband met de reorganisatie in de fabricatie van haar chocolade en cacao, hebben Cacao- en Chocoladefabrieken Gebr. Sickesz aan een deel van haar personeel ontslag aangezegd. Om het personeel, dat ontslagen wordt, de gelegenheid te geven zich van een andere betrekking te voorzien, zal aan dat personeel nog enige tijd salaris worden uitgekeerd. Van het kantoor- en reizigerspersoneel is niemand ontslagen en de aflevering van de producten der Cacao- en Chocoladefabrieken Gebr. Sickesz zal op de gewone wijze doorgaan. Ik denk dat hierna Sickesz als merknaam alle zeilen moest bij zetten om in leven te blijven. En mee moest met de dure reclame campagnes om de producten te kunnen blijven afzetten.
Advertenties Sickesz uit 1921 |
---|
Of je kan je stellen dat de N.V. Stoom Chocolade- en Cacaofabriek Kwatta te Breda in 1924 Sickesz heeft overgenomen zoals in het verhaal van de Vakbondshistorische vereniging wordt vermeld ???. Ik denk niet overgenomen, maar daarna wel een dikke vinger in de pap heeft gehad. Je ziet in de reclame campagnes tot 1 januari 1925 weliswaar dat er grote overeenkomsten zijn tussen de campagne van beide bedrijven. En de zoek de fout campagne van vrijdag 7 maart 1924 in het dagblad het Vaderland dit is dan nog tijdens hun samenwerking zelfs identiek is. Maar naar de splitsing van het bedrijf per 1 januari 1925 vinden we in de dagbladen tot ±1935 nog reclame uitingen om de Sickesz repen te kopen. Er is ook bekend dat per 18-02-1925 bij Koninklijk besluit van bewilliging is opgericht een N.V. Cacao- Chocoladefabriek Gebr. Sickesz met als commissaris J. Sickesz (1884). Kennelijk is de oude firma The American Cocoa & Chocolade company Gebr. Sickesz niet meer of opgegaan in de nieuwe firma of er is een doorstart gemaakt onder de nieuwe naam N.V. Cacao- Chocoladefabriek Gebr. Sickesz Brouwersgracht 156-152. Voor wat het waard is.
Uit de verhalen van Gerrit Pieter en Pieter Roos over de Brouwersgracht weten we dat zij hun carrière in het chocolade vak zijn gestart, voor Gerrit Pieter tussen 1919 en 1921 toen hij 16 of 18 jaar oud was, en Pieter tussen 1921 en 1922 ook rond zijn 16 of 18 de levensjaar. De firma Sickesz profileerde zich op de markt met cacaopoeder en chocoladerepen. We kennen advertenties uit de periode 1910 - 1921 waarbij er reclame wordt gemaakt in landelijke dagbladen voor de Sickesz 2 stuivers Chocolade en Daalders Cacao. In de jaren rond de crisis van 1920 komt de chocolade industrie onder druk te staan en faillissementen en bedrijfsovername waren aan de orde van de dag. We lezen in een kranten artikel van 24 juni 1922, Uit NRC't, De Chocoladeoorlog een ingezonden stuk van de Sickesz-fabriek, Waarin zij ook de beëindiging van de geldverpakking in chocoladerepen aankondigt.
In dit stuk wordt tevens meegedeeld, dat toen de Kwatta haar reclame aankondigde, (het sparen van merkjes voor gratis repen, geld of andere luxe cadeaus) dadelijk de verkoop van Sickesz-repen aanmerkelijk verminderde. Daarom moest de Sickesz-fabriek hoewel met grote tegenzin, ook een dergelijke reclame beginnen, toen bleek, dat de justitie geen maatregelen nam.
Ook de firma Sickesz. stond onder druk. Deze was sinds 1922 in de N.V. Verkoopkantoor van Cacao ondergebracht en na 1924 Was hiermee is het doek gevallen voor deze Amsterdamse chocoladefabriek, als The American Cocoa & Chocolade company Gebr. Sickesz. Van het merk vinden we ongeveer tot 1935 reclame uitingen en acties terug in de Nederlandse dagbladen om de productverkoop te stimuleren.
De inmiddels 39 jarige Willem Cornelis Sickesz zoon van de oude W.C. Sickesz heeft in een aantal opstellen de eerste dateert uit 1919, zijn visie inzichten en ideeën hoe de crisis te lijf gegaan moet worden, wereldkundig gemaakt. En richt bij akte van 2 juli 1924 de Holland-Zwitsersche Chocoladefabriek op. Al deze ideeën en visies leiden in 1938 tot het schrijven en publiceren van het boek Quo Vadis of de weg naar ongekende Welvaart deel I en II. Dit boek bevat plannen hoe de economische crisis in die periode te beëindigen.
In 1925 start ook het dienstverband van de Broers Roos met de Holland-Zwitsersche Chocoladefabriek. "De Tjoklatfabriek" wordt in een later stadium toegevoegd aan de naam van de N.V. ze zijn kennelijk meegegaan of overgenomen door de jonge heer Sickesz uit de oude firma aan de Brouwersgracht.
Want in een artikel uit Het Centrum van 30 december 1924 lezen we onder de rubriek Nijverheid,DE SAMENWERKING KWATTA-SICKESZ GEËINDIGD. De directie der Sickesz-fabrieken deelt ons mede dat vanaf 1 januari 1925 het Verkoopkantoor van Cacaoproducten Kwatta-Sickesz zal worden opgeheven en iedere firma zich weder met den verkoop harer producten zal belasten. In verband met de reorganisatie in de fabricatie van haar chocolade en cacao, hebben de Cacao- en Chocoladefabrieken Gebr. Sickesz aan een deel van haar personeel ontslag aangezegd. Om het personeel, dat ontslagen wordt, de gelegenheid te geven zich van een andere betrekking te voorzien, zal aan dat personeel nog enige tijd salaris worden uitgekeerd. Van het kantoor- en reizigerspersoneel is niemand ontslagen en de aflevering van de producten der Cacao- en Chocoladefabrieken Gebr. Sickesz zal op de gewone wijze doorgaan.
Uit de reclame advertenties in het NRC van 14 januari 1926 lezen hoe succesvol de start is van de nieuwe firma 63 miljoen repen voor de Nederlandse markt en woensdag 21 juli 1926 in Het Vaderland, dat na 1½ jaar en 3 dagen dus van 8 jan 1925 tot 10 jul 1926 100 Miljoen Hollandsch-Zwitsersche chocoladerepen zijn geproduceerd en afgeleverd voor de Nederlandse markt. De nieuw opgerichte firma betrok een fabriekspand aan de Schinkelkade 64 te Amsterdam. En de directie was gehuisvest om de hoek in het zelfde pand Vaartstraat 84. Het is een pand direct gelegen aan een doorgaande vaarroute de Kostverlorenvaart die door Amsterdam loopt vanaf het IJ noordelijk van Amsterdam naar de Nieuwe meer aan de zuidkant van de stad. Van het IJ was er via het Noordzeekanaal, na het passeren van de sluizen in IJmuiden, een rechtstreekse verbinding met de grote wereld zeeën. Een strategische plek voor een fabriek die zijn producten, de chocolade maakt uit ruwe grondstoffen, de Cacaobonen en suiker.
Ook hier vindt je de visie terug van Willem Cornelis Sickesz. De grondstoffen zo dicht mogelijk halen bij de bron, het kennen en beheersen van het productie proces en inzicht hebben in de factoren die de kostenprijs beïnvloeden om zo rendement op investeringen te optimaliseren (de winst).
Tjoklat als naam krijgt na de tweede wereld oorlog zijn of haar grootste bekendheid. Voor die tijd tot aan de oorlog vinden we regelmatig in de landelijk dag en weekbladen de reclame uitingen en campagnes van de N.V. Hollandsch-Zwitsersche Chocolade fabriek te Amsterdam. Zo ook een advertentie uit 1927 waarin de koper van de chocolade repen wordt aangemoedigd om de weegschaaltjes te sparen die op de reepetiketten zitten van de 5, 10 en 20 cents repen deze op te sturen naar het de afdeling Cadeaux, Vaartstraat 84 Amsterdam zuid en deze in te wisselen voor luxe cadeaus. De beide broers Roos hebben hun arbeidzame carrière volbracht bij de firma Tjoklat. G.P. tot 1961 want is toen overleden en Pieter tot 1970 en daarna van zijn AOW gaan genieten.
Vlak na de tweede wereld oorlog in 1945 heeft Willem Cornelis nog een boekje van 28 pagina's gepubliceerd met zijn zienswijze over het terug dringen van de grote van de staatsschuld, "Delging van staatsschulden na oorlogs- of crisisjaren". Wat weten we en wat veronderstellen we met een redelijke zekerheid te weten, over de oprichting van de Tjoklat fabriek als N.V.? Bij akte van 2 juli 1924 wordt de N.V. Holland-Zwitsersche Chocoladefabriek opgericht door W.C. Sickesz (1886-1971). In oktober 1934 is er een wijziging van de statuten bij beschikking van 3 oktober en bij akte van de 24e. Hier wordt de toevoeging Hollandsche opgenomen.
De Firma voert de naam Tjoklat als naam voor de chocoladerepen, tabletten en Pastilles vanaf september 1936. Dit blijkt uit een artikel uit Het Vaderland van 7 maart 1941 waar de kop luid "Twee chocoladefabrieken streden om het woord Tjoklat". Waarbij er in een gerechtelijke procedure het gebruik wordt aangevochten, van de bij het bureau voor de industriëlen eigendom ingeschreven naam Tjoklat, door de Gebr. Sickesz. De Hollandsch-Zwitsersche Chocoladefabriek en heeft gedagvaard de Cacao- Chocoladefabriek Gebr. Sickesz te Amsterdam. Uiteindelijk beslist de Hoge raad dat, een soortnaam als merk, geen bescherming geeft krachtens het Burgerlijk Wetboek. Na de oorlogsperiode zien we dat er wederom een wijziging van de statuten tot stand komt nl. Met een beschikking dd 25 september 1950 en bij akte van 4 oktober 1950 wordt de naam van de N.V. Hollandsch-Zwitsersche chocoladefabriek veranderd in "Tjoklat-fabriek" N.V. te Amsterdam en bij een aanpassing van de statuten van 10 juni 1954 vindt er een aandelen transmissie plaats per 28 juni 1954. De Tjoklatfabriek N.V. te Amsterdam, producent van Chocoladerepen, tabletten en pastilles lijkt een feit.
Om meer te weten te komen over de firma Tjoklat ten aanzien van de exacte oprichtingsdatum vorm van de onderneming en mogelijk personele informatie is er in oktober 2005 contact gezocht met de Kamer van Koophandel Amsterdam. Er is wel een nummer van het dossier bekend. Dit is volgens de KvK Amsterdam, nummer 22635. Of het dossier nog boven water komt ??? Inmiddels is het dossier teruggevonden. Wat we nu weten. De firma is opgericht bij Koninklijk besluit van bewilliging van 2 juni 1924. als Naamloze Vennootschap: Holland-Zwitsersche Chocoladefabriek te Amsterdam. De firma heeft tot aan het overlijden van Willem Cornelis Sickesz in 1971 als zelfstandige N.V. geopereerd weliswaar met een paar naamsveranderingen van de N.V. Zie het overzicht van deze aanpassingen. Na het overlijden van de bestuurder en de veranderende afzetmarkt, brak er een periode aan van wissellende eigenaren. De productie in Amsterdam is rond 1977 gestopt. Uit verhalen is bekend dat in deze periode firma's zoals Meneba (Patria) Amsterdam, op één of andere manier wat te maken hebben gehad met de firma of de merknaam Tjoklat. Na 1987 heeft het bedrijf de Baronie nu gevestigd in Rotterdam, de B.V 30052 die inmiddels via Rijswijk ook gevestigd in Rotterdam en is opgegaan in de Matsuura Enterprises B.V, de merknaam Tjoklat overgenomen. En tot op heden wordt de naam nog gevoerd en een aantal producten onder de naam Tjoklat op de markt gebracht.
Baronie werd begin jaren twintig van de vorige eeuw opgericht in Schiedam door drie partners: BArents, ROth en NIEwenhuis die het bedrijf zijn naam gaven. In Rotterdam werd in 1896 chocoladefabriek De Heer opgericht, die in 1982 werd overgenomen door Baronie, waarna het bedrijf Baronie- De Heer is gaan heten. In 1987 volgde de overname van Tjoklat in Vlaardingen. Het huidige hoofdkantoor en de productie van typisch Nederlandse producten als chocoladeletters en pindarotsjes bevinden zich in Rotterdam.
GPR. Blokker, augustus 2010