Brouwersgracht 152-156
Brouwersgracht te Amsterdam. Het vierde pand vanaf de hoek is 156. Hier is op 6 januari 1910 de "The Cocoa & Chocolate Cy. Gebr. Sickesz " Gestart met produceren.
Willem Cornelis Sickesz Sr. (1852-1916)
Op 23-jarige leeftijd was W.C. Sr. makelaar in koloniale waren, Importeurs van ruwe rietsuiker, zuidvruchten en cacaofabrikant, 3 september 1898 opende Willem Cornelis Sickesz (1852-1916) The American Lunchroom Cy in de Kalverstraat 16-18 (hoek Jonge Roelensteeg) in Amsterdam (1898-1958) naar een concept dat uit de Verenigde Staten was overgewaaid.
Op 1-7-1892 trad zijn broer Jozef Armandus Willem Sickesz (1847-1924) toe tot de zaak, die vanaf toen onder de naam Gebr. Sickesz werd gedreven. Het pand aan de Brouwersgracht werd in 1902 verbouwd onder architectuur van F.W.F. Oldewelt (1865-1906) en A.J. Jacot (1864-1927) in opdracht van Carel Vogel, en in 1902 van W.C. Sickesz. En 6 januari 1910 ging de chocoladefabriek aan de Brouwersgracht 152-156 van start, onder de naam: “The American Cocoa & Chocolate Cy. Gebr. Sickesz " zie de aankondiging in de landelijke dagbladen zoals bv. “De Tijd” van 31-12-1909 of het “NRC”van 6 januari 1910.
Later werd naast de lunchroom aan de Kalverstraat in 1911 de Chocolaterie Sickesz geopend. In 1958 nam Albert Heijn de lunchroom over en maakte er eerst de American Corner van wat later de Albert’s Corner werd!
Inmiddels zijn de zonen J. Sickesz (1884-1935) W.C. Sickesz (1886-1971), respectievelijk in 1919, 26 en 24 jaar oud tot de firma toegetreden. Tot aan en gedurende de 1ste wereld oorlog (1914-1918) was de firma redelijk succesvol. Maar in de periode daarna werd door een te kort aan grondstoffen en een moordende concurrentie in de bedrijfstak (chocolade-oorlog) het produceren, en het aan de man brengen van de cacao en chocolade producten een activiteit die menig bedrijf in deze industrie niet overleefden. In deze periode zijn er dan ook een groot aantal van toen bekenden chocoladefabrieken over de kop gegaan.
In een pogingen om het te overleven in de chocolade wereld wordt er een samenwerking gestart tussen de Gebr. Sickesz en Kwatta uit Breda. Deze samenwerking bestond uit het oprichten van een soort van verkoopmaatschappij voor cacao en chocolade producten. Zo werd per 1-november 1922 de ”N.V. Verkoopkantoor van Cacaoproducten”, opgericht.
Het doel was om de markt te bedienen met weliswaar hun eigen producten maar synergie in het productieproces en distribueren van hun producten te voorkomen. Maar door het verschil in benadering en uitvoeren van deze processen, met name tussen, aan de ene kant Broer J. Sickesz en Kwatta tegenover de inzichten van W.C Sickesz, die in zijn benadering van het produceren geen voorstander was van het korten op het inkomen van medewerker(ster) bij het niet nakomen van, zeg maar arbeidsvoorwaardelijke afspraken. Hij was voorstander van een beloningsysteem gebaseerd op prestatie en niet op een strafcultuur. Later zou hij deze ideeën uitwerken in zijn filosofie van de nieuwe economie zoals hij deze inzichten noemde en dit resulteerde uiteindelijk in 1938 tot het publiceren van zijn Quo Vadis plannen.
Deze samenwerking met, zeg maar even met Kwatta heeft tot 31 december 1924 stand gehouden. Het Verkoopkantoor werd ontbonden. Kwatta ging zijn eigen gang en kreeg een dikke vinger in het nieuw opgerichte bedrijf, N.V “Cacao- Chocoladefabriek Gebr. Sickesz” opgericht 18 februari 1925, en heeft het volgehouden tot 13 september 1972 zie dossier 25225 Handelsregister van de kamer voor koophandel en fabrieken te Amsterdam.
Willem Cornelis Sickesz (1886-1971) startte een eigen chocoladefabriek. Op 2 juni 1924 zag de N.V. Holland-Zwitsersche Chocoladefabriek het licht en in 1950 werd de naam van deze firma veranderd in Tjoklat-fabriek N.V. De firma heeft tot formeel 12 oktober 1984 bestaan maar heeft per 24 december 1977 de activiteiten aan de Schinkelkade 64 te Amsterdam gestaakt. En 19 augustus 1987 werd het dossier 22635 afgesloten.